Huishoudelijke hulp trekt aan de bel

BILTHOVEN Het liefs ziet wethouder Hagedoorn iedere aanvraag vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) voor huishoudelijk hulp op korte termijn ingevuld worden. Echter is het potje van de WMO niet toereikend genoeg om alle aanvragen te dekken, en nog belangrijker, de organisaties die deze hulp bieden, hebben niet genoeg mensen in dienst om aan alle verzoeken te voldoen. Voor mensen die door fysieke klachten niet meer in staat zijn de vele dagelijkse klusjes zelf te doen, is de betaalde hulp in huis door de gemeente een uitkomst.

Door Astrid van Walsem

Het is een druilerige donderdagmiddag wanneer wethouder Hagedoorn met een blik Biltse zonnetjes onder de arm een bezoek brengt aan mevrouw Westeneng (70) en haar rots in de branding, huishoudelijke hulp, Suzanne van Vulpen (35).
Mevrouw Westeneng steekt haar lof over Suzanne niet onder stoelen of banken: “Suzanne is mijn zonnetje in huis. Zij voelt mij goed aan en ons contact voelt vertrouwd. Ik zou niet weten wat ik zonder haar zou moeten.”

Het werk van een huishoudelijke hulp houdt zoveel meer in dan alleen maar schoonmaken. Zo heb je ook een signalerende functie ten aanzien van het welzijn van je cliënt. Verder krijg je een kijkje in het leven van iemand anders en in sommige gevallen ga je als hulp zelfs een beetje als familie aanvoelen. Het is het sociale aspect van de baan dat het werk bijzonder maakt.

Sanne de Brouwer, coördinator Thuisondersteuning: “Ik ken een studente die nog kaartjes stuurt naar de cliënt waar zij in huis heeft gewerkt, en waar zij voor de cliënt aanvoelde als een soort kleindochter.”

Wethouder Hagedoorn: “Wanneer trekken mensen aan de bel? Wanneer de nood het hoogst is en dat is bij mensen die een beroep doen op het WMO budget niet anders. Drie maanden wachttijd is dan ontiegelijk lang. Daar komt nog bij dat het geld in het potje niet toereikend genoeg is om alle aanvragen te bekostigen. Daarom wil ik mensen met voldoende financiële middelen verzoeken geen beroep te doen op dit WMO geld, zodat het geld echt terechtkomt bij de mensen die deze hulp hard nodig hebben en het zelf niet kunnen betalen. Door zelf huishoudelijke hulp te regelen (en te betalen) slinken de wachttijden. Daarnaast realiseer ik mij dat het moeilijk is om een particuliere hulp te vinden, maar de gemeente kan bemiddelen bij deze zoektocht. En uiteraard wordt dit werk wit gedaan, zodat de hulp en de aanvrager voldoen aan de wettelijke regelgeving.”

Mevrouw Westeneng: “Ik vond het heel moeilijk om toe te geven dat ik niet meer alles zelfstandig kon doen. Dat toegeven, was een lastige stap. Nu kan ik mijn leven zonder Suzanne niet meer voorstellen. We hebben een klik en alles voelt vertrouwd. Ze weet wanneer ik een goede of slechte dag heb zonder dat ik iets zeg. Ik kijk elke week uit naar haar komst.”

Voor wie is een (bij)baan als huishoudelijke hulp geschikt?

Het werk als huishoudelijke hulp is voor iedereen mogelijk vanaf 16 jaar. De standaardindicatie van het aantal uur per cliënt ligt rond de 2 uur per week. Daarnaast vraagt dit werk geen minimale beschikbare uren per periode. Het gaat om flexibele uren die je om eigen activiteiten heen kan inplannen. Het belangrijkst is dat je voorbij het schoonmaken kan kijken en het sociale aspect van het werk kan waarderen. Met dit werk kan je écht het verschil maken in iemands leven. Verder is het een misvatting dat je alleen bij oudere mensen thuiskomt. Ook bij jongere mensen die door verschillende oorzaken fysieke ondersteuning nodig hebben, kom je als huishoudelijke hulp over de vloer.

Mocht je bang zijn dat je sociale toeslagen in gevaar komen, doordat je te veel gaat verdienen, neem dan contact op met het Sociaal Team van MENS De Bilt (sociaalteam@mensdebilt.nl). Dit team helpt jou vrijblijvend om uit te zoeken hoeveel je kan bij verdienen zonder dat jouw toeslagen in gevaar komen.

Suzanne: “Ik ben met dit werk begonnen als zomerbaantje, maar ik doe het ondertussen al meer dan 15 jaar. Het is ongelooflijk dankbaar werk en het houdt zoveel meer in dan schoonmaken. Je biedt ondersteuning op heel veel verschillende vlakken. Daarnaast bouw je een band op met de cliënt. Het is echt werk dat je vanuit en met je hart doet. Ik zou niet meer anders willen.”