Hans Vollenbroek met zijn slijpmachine. In zijn vrije tijd was Hans een fanatiek wedstrijdschaatser, maar hij ergerde zich eraan dat zijn schaatsen zelden fatsoenlijk geslepen werden. Deze slijpmachine maakte hij daarom zelf.
Hans Vollenbroek met zijn slijpmachine. In zijn vrije tijd was Hans een fanatiek wedstrijdschaatser, maar hij ergerde zich eraan dat zijn schaatsen zelden fatsoenlijk geslepen werden. Deze slijpmachine maakte hij daarom zelf. Foto: Astrid van Walsem

Beste Biltsche schaatsenslijper

5 januari 2018 om 10:06 Algemeen

‘De sneeuw in de straat was plat gereden. Vervolgens was het gaan regen en daarna gaan vriezen. De dag daarop konden we gewoon schaatsen op straat.’ Op vierjarige leeftijd bond Hans Vollenbroek (1934) aan de hand van zijn vader voor de eerste keer zijn toen nog houten schaatsen onder.

door Astrid van Walsem

Hollandsche Rading - Hij woonde in Hilversum en de Loosdrechtse plassen lagen om de hoek. ‘Hier kon je lekker lang rechtuit schaatsen.’ Op veertienjarige leeftijd ging hij bij Philips in Hilversum werken waar hij een opleiding volgde tot gereedschapsmaker en profielslijper. Hier maakte hij met microprecisie stempels van staal. Er was niemand die nauwkeuriger staal kon slijpen dan hij. ‘Ik zeg nooit, ik kan het niet, ik probeer het altijd.’

In zijn vrije tijd was Hans een fanatiek wedstrijdschaatser, maar hij ergerde zich kapot dat zijn schaatsen zelden fatsoenlijk geslepen werden. ‘Altijd hol in plaats van bol.’ Er zat maar een ding op en dat was zelf een slijpmachine ontwerpen die kon voldoen aan zijn hoge eisen.

In 1951 presenteerde Hans zijn precisieslijpapparaat dat nog steeds in een iets gewijzigde vorm, een van de meest gebruikte slijpapparaten is. Met vijfenvijftig jaar gaat Hans samen met vele Philips collega’s verplicht met pensioen. Treurig was hij daar niet om, want de vraag om schaatsen te slijpen nam iedere dag toe.

Eerst werkte hij aan huis en later op zijn eigen werkplaats vlakbij het station van Hollandsche Rading. Wie bij Hans zijn schaatsen laat slijpen, moet wel tegen een geintje kunnen. ‘Vroeger deed ik weleens gekke dingen. Zo kwamen er eens mensen die vroegen of ik hun schaatsen wilde nakijken. Dat wilde ik best doen en ik gooide de schaatsen zo de deur uit op het gras.’

‘Ik heb ook de schaatsen van Yvonne van Gennip geslepen. Ik kwam haar tegen in Davos in Zwitserland toen ze nog een jong meisje was. Ze was tijdens de trainingen een beetje aan het klungelen en ik zag dat. Ik bood aan om haar schaatsen te slijpen en dat wilde ze wel. Die middag won ze meteen de wedstrijd.

Ik kwam daarna niet meer van haar af,’ vertelt Hans met pretlichtjes in zijn ogen. ‘Kijk, je ziet hier in de werkplaats wat er gebeurt. Ik zou zelf nooit mijn schaatsen ergens afgeven en ze dan pas de volgende dag weer op halen. Hier kan ik mensen laten zien waar ze op moeten letten en wat er niet goed is aan hun schaats. En mensen die hier zelf een slijpsteen kopen vraag ik hoe ze slijpen. Vervolgens leg ik hen ook uit waar ze op moeten letten.’ De schuifdeur van de werkplaats gaat open. Een man uit Den Dolder komt binnen. ‘Kan ik mijn schaatsen laten slijpen?’

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie